fbpx

Op 15 oktober gingen Tom van der Lee (GroenLinks-PvdA), Inge van Dijk (CDA), Hans Vijlbrief (D66) en Wendy van Eijk (VVD) hierover in debat tijdens het BNR Finance Verkiezingsdebat, georganiseerd door NVB, DUFAS (Dutch Fund and Asset Management Association) en de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP). Het debat werd gehouden in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 29 oktober.

24 oktober 2025

Hoe kijkt de politiek naar beleggen, bedrijven en grote projecten?

Volgens NVB-voorzitter Medy van der Laan was het een inhoudelijk debat met opvallend veel overeenstemming: “Bij alle partijen zag je de wens om te werken aan de financiële weerbaarheid van mensen en het versterken van het Nederlandse vestigingsklimaat.”

1. De rol van de overheid bij beleggen

De eerste stelling luidde: De overheid moet actief stimuleren dat Nederlanders meer gaan beleggen. 

GroenLinks-PvdA wees dit idee duidelijk af. Volgens Tom van der Lee is het niet de taak van de overheid om mensen aan te moedigen om te beleggen, maar juist om te waarschuwen voor de risico’s. D66 en CDA waren minder zwart-wit: de overheid hoeft beleggen niet te promoten, maar mag mensen wel bewust maken van alternatieven voor sparen. 

Inge van Dijk (CDA) benadrukte het belang van financiële kennis: jongeren en volwassenen moeten leren hoe ze verstandig met hun geld omgaan. Ook Wendy van Eijk (VVD) vindt dat financiële planning een groter onderdeel van onze cultuur moet worden, zoals in Zweden. De overheid kan volgens haar met fiscale prikkels sparen en beleggen beter in balans brengen. 

Daarnaast vinden meerdere partijen dat iedereen eerst een financiële buffer moet hebben voor onverwachte uitgaven voordat ze gaan beleggen. 

Over ongelijkheid en vermogen liepen de meningen uiteen. D66 en GroenLinks-PvdA zien het zwaarder belasten van vermogen als een manier om de kloof tussen arm en rijk te verkleinen. 

2. Hoe behouden we een aantrekkelijk vestigingsklimaat?

De tweede stelling was: Toezichthouders moeten het vestigingsklimaat zwaarder laten meewegen dan strikte regels. 

Hier kwamen de verschillen in ideologie duidelijk naar voren. VVD en CDA benadrukten dat bedrijven zuchten onder regeldruk en dat regels slimmer en eenvoudiger moeten worden toegepast. Vooral in de bouw en woningsector zouden procedures sneller mogen verlopen, zonder dat de kwaliteit omlaag gaat. 

D66 en CDA vinden dat toezicht risicogericht moet zijn: streng waar het moet, maar met ruimte waar het kan. Ook Hans Vijlbrief (D66) wil dat regeldruk een grotere rol krijgt in het politieke proces, net zoals financiële dekking dat nu heeft bij nieuwe plannen. 

Volgens GroenLinks-PvdA moet de basis op orde zijn: goed onderwijs, sterke infrastructuur en eerlijke en strengere regels in heel Europa, zolang ze bijdragen aan een gezonde economie. 

Medy van der Laan vatte samen: “Ondanks de verschillen zag je een gezamenlijke verantwoordelijkheid om het Nederlandse vestigingsklimaat te versterken, met Europa als belangrijke partner.”

3. Is een nationale investeringsbank de oplossing voor maatschappelijke investeringen?

Bij de derde stelling, Alleen een nationale investeringsbank kan ons vestigingsklimaat redden, liepen de meningen uiteen. 

De VVD vindt dat de verwachtingen bij zo’n Nationale Investeringsbank (NIB) te hoog zijn. Investeren is volgens Wendy van Eijk de belangrijkste taak van de markt, al kijkt haar partij uit naar de verdere uitwerking van het voorstel door de minister. 

CDA, D66 en GroenLinks-PvdA zien juist wel een belangrijke rol voor een NIB. Volgens Inge van Dijk (CDA) kan de bank helpen bij marktfalen en versnippering van bestaande fondsen tegengaan, zolang ze private investeerders niet verdringt. Tom van der Lee (GroenLinks-PvdA) wil dat de overheid via een NIB start-ups en scale-ups ondersteunt met onrendabele leningen. (Scale-up = een bedrijf dat al laat zien dat een idee werkt en nu snel groter wordt). 

Hans Vijlbrief (D66) ziet de NIB als brug tussen publiek en privaat, die risicovolle projecten mogelijk maakt en een vliegwiel kan zijn voor 100 miljard aan investeringen. Hoeveel startkapitaal er nodig is en hoe de bank precies wordt ingericht, zal tijdens de formatie verder worden besproken. 

De visie van de politiek.
De overheid wil vooral dat mensen verstandig omgaan met hun geld en weten wat de risico’s van beleggen zijn. 

Ondernemers vinden dat er te veel regels zijn, maar regels blijven belangrijk om mensen, milieu en eerlijke concurrentie te beschermen. Slimmere regels kunnen helpen om Nederland aantrekkelijk te houden voor bedrijven. 

Een nationale investeringsbank kan helpen om geld te steken in belangrijke projecten (zoals duurzame energie en start-ups = jonge bedrijven die net zijn begonnen met nieuwe ideeën die snel groeien) vooral wanneer de markt dat niet vanzelf doet. De overheid blijft daarnaast zelf investeren in grote projecten zoals woningen, infrastructuur en klimaat. 

Meer informatie:

  • FAQ – Beleggen voor jongeren
  • Debat terug kijken – Bekijk hier het Financedebat mogelijk gemaakt door DUFAS.
  • Terugblik – BNR finance verkiezingsdebat